Ophaalorder plaatsen? Mail ons.

article
Vitaminen
Blog

Vitamine E, de bodyguard van je paard!

Voeding is altijd een samenspel van ontzettend veel factoren en juist daarom is het erg moeilijk om alles wetenschappelijk te bewijzen en vast te leggen. Echter, op het gebied van vitamine E supplementatie inclusief de verschillende vormen (natuurlijk versus synthetisch) is redelijk veel onderzoek gedaan. Hier is wel degelijks iets zinnigs over te zeggen.

Wat is vitamine E?
Even een wat ingewikkelde chemische uitleg voor de geïnteresseerden. Natuurlijk vitamine E is een verzamelnaam voor een groep van acht vetoplosbare substanties, vier tocopherolen (α, β, γ en δ) en vier tocotrienolen (α, β, γ en δ). De griekse letter geeft aan waar de methylgroep geplaatst is aan de chromanol ring (de basis van het molecuul). Elk van deze tocopherolen en tocotrienolen heeft verschillende stereoisomeren of „spiegelbeeldvormen“, vier per tocopherol- en twee per tocotrienolsoort. De meeste van deze substanties zijn voor het supplementeren van vitamine E weinig van belang, omdat hun biologische activiteit vrij laag is.

Als er gesproken wordt over „natuurlijk vitamine E“ wordt eigenlijk altijd maar één stereoisomeer van de α-tocopherol bedoeld. Dit stereoisomeer wordt aangeduid met RRR-α-tocopherol (1,2).

De synthetische vorm van α-tocopherol bevat alle acht stereoisomeren in gelijke delen, en daarmee dus 12,5% RRR- α-tocopherol. De andere stereoisomeren zijn ook werkzaam, maar minder dan de natuurlijke variant, daarom dient hiervan ongeveer 40-50% meer gevoerd te worden.

Het best opneembaar is een liposomale vorm van vitamine E, waarbij natuurlijk  α-tocopherol in nano-vetdeeltjes wordt opgelost (2, 6). Deze vorm is in Europa nog nauwelijks verkrijgbaar en erg duur.

Aangezien natuurlijk vitamine E, met name RRR-α-tocopherol, erg gevoelig is voor oxidatie kan  daardoor het gehalte aan natuurlijk vitamine E al in 3 maand gehalveerd worden. Daarom worden in supplementen vaak de stabielere vormen gebruikt zoals all-rac-α-tocopheryl acetaat („synthetisch vitamine E“) en RRR-α-tocopheryl acetaat („natuurlijk vitamine E“) (4).

Nog even een opmerking: de termen natuurlijk en synthetisch zijn nogal verwarrend voor veel mensen. Natuurlijk betekent in dit geval alleen dat de vorm overeenkomt met de vorm van het molecuul in de natuur, niet dat het uit natuurlijke substanties gewonnen wordt. Het meeste „natuurlijke“ vitamine E komt ook gewoon uit een laboratorium. Dat is helemaal niet erg.

Tocopherolen hebben een vrij zwakke zuurstof-waterstofbinding in hun molecuul, waardoor ze dit waterstofatoom makkelijk kunnen afstaan aan vrije radicalen. Vrije radicalen zijn moleculen, atomen of ionen die door hun negatieve lading erg sterk reageren. Ze zijn voor heel veel processen in het lichaam onontbeerlijk, maar een overschot kan ook schade veroorzaken. Het lichaam probeert het overschot aan vrije radicalen te controleren door o.a. moleculen zoals vitamine E in te zetten die met hun waterstofatoom de negatieve lading van de radicalen kunnen neutraliseren (1,3, 4).

Daarom is het belangrijk dat paarden voldoende vitamine E in hun dieet hebben, met name onder omstandigheden waarbij meer vrije radicalen kunnen vrijkomen dan gemiddeld. Dit is bijvoorbeeld het geval bij ziekte of bij hoge inspanningen, of bij paarden die aan chronische condities lijden zoals PSSM (4,5).

Ook de opname van selenium wordt in hoge mate bepaald door de aanwezigheid van vitamine E (4). Daarnaast is voldoende vitamine C ook van belang, omdat vitamine C ervoor zorgt dat vitamine E hergebruikt kan worden in het lichaam (4). Aangezien paarden vitamine C zelf in de lever produceren, is een gebrek niet waarschijnlijk (4).

Wat is de behoefte aan vitamine E?
De gemiddelde behoefte van paarden aan vitamine E per dag wordt op ongeveer 1 mg/kg lichaamsgewicht per dag geschat, d.w.z. ongeveer 500 mg voor een 500 kilo zwaar paard (4). Aangezien vitamine E meestal aangegeven wordt in internationale eenheden (IE), is het van belang te weten wat de omrekening ongeveer is. 1 IE komt overeen met 1 mg natuurlijk vitamine E, of met 0,67 (2/3) mg synthetisch vitamine E. In IE’s gerekend is het dus makkelijker vergelijken; 500 IE’s zijn qua werkzaamheide hetzelfde voor natuurlijk en synthetisch vitamine E.

Voor paarden die zwaar werk doen of voor fokmerries en opgroeiende paarden wordt vaak een dubbele dosis aanbevolen (4). Ook paarden die een vetrijk dieet krijgen dienen hogere hoeveelheden vitamine E gesupplementeerd te krijgen (4). Aangezien vers gras, zeker in het voorjaar en in de zomer, veel vitamine E bevat wordt de behoefte daaraan meestal gedekt als paarden voornamelijk in de wei staan, zelfs voor fokmerries (4).

Bij ouder gras, kort gras (= meestal het geval in Nederland) of in het najaar gaan deze waardes hard achteruit.  Ook bij het maken van hooi en voordroog en tijdens opslag kunnen de waardes zo sterk achteruitgaan dat deze slechts een klein deel van die van het gras bedragen (4). Daarom is in de herfst en zeker in de winter en ook bij paarden die geen weidegang met goede kwaliteit gras krijgen supplementatie met vitamine E nodig.

Extra supplementatie
Paarden met spierstofwisselingsziekten zoals PSSM hebben afhankelijk van het werk wat ze doen duidelijk meer vitamine E nodig dan gezonde paarden. Aanbevolen wordt een extra dosis van ongeveer 3-5 IE per kilo lichaamsgewicht, afhankelijk van het werk (4). Ook wordt voor deze paarden een koolhydraatarm dieet aanbevolen en extra energie wordt vaak in vorm van vetten en oliën gevoerd. Bij een vetrijk dieet wordt dan nog eens 1-1,5 IE per ml olie aanbevolen (4). Alles bij elkaar gerekend kom je dan vrij snel op ongeveer 2000 IE per paard van 500 kilo per dag aan vitamine E, het viervoudige van de normale aanbeveling.

Samengevat
Paarden krijgen voldoende vitamine E binnen als ze de hele dag in de kwalitatief goede wei staan met niet te oud gras. Voor paarden die geen of beperkt gras eten is supplementatie nodig. Paarden die zwaar werk doen, fokmerries en opgroeiende paarden hebben ook een extra dosering nodig. Bijzondere aandacht verdienen paarden met spierstofwisselingsziekten zoals PSSM; een wel vier keer zo hoge vitamine E-dosering dan bij gezonde paarden wordt aanbevolen.

 

Idhuna Barelds
Biologe/ethologe
november 2020

  1. https://en.wikipedia.org/wiki/Vitamin_E
  2. https://forageplus.co.uk/natural-versus-synthetic-vitamin-e-horses/
  3. https://en.wikipedia.org/wiki/Radical_(chemistry)
  4. Equine Applied and Clinical Nutrition: Health, Welfare and Performance (2013); Geor, Coenen & Harris
  5. https://forageplustalk.co.uk/vitamin-e-the-warrior-vitamin/
  6. https://ker.com/published/form-of-alpha-tocopherol-affects-vitamin-e-bioavailability-in-thoroughbred-horses/

Ook interessant