Wintervacht en voeding – Het wordt kouder
Zodra de dagen korter worden gaan de haren weer groeien. Bij sobere rassen uit koude streken, zoals IJslanders, gebeurt dit vaak al vanaf eind augustus. Omdat er veel misverstanden bestaan over wintervacht en daarnaast voeding essentieel is voor een gezonde wintervacht, vonden we het tijd voor een blog over dit onderwerp.
Winter- en zomervacht x thermoregulatie
Paarden hebben een zomer- en een wintervacht zodat de thermoregulatie van hun lichaam optimaal kan werken. In de zomer is de vacht lekker dun zodat overtollige warmte makkelijk kan verdwijnen uit het lichaam; de haarzakjes (follikels) slapen als het ware. In de winter wordt de vacht dik doordat de follikels „wakker worden“ door de kortere dagen (1,2). Dit zorgt voor een flinke aanzet tot groei en vooral paarden die veel wintervacht aanmaken (IJslanders, Shetlanders en andere noordelijke rassen, de Britse ponyrassen, maar ook een behoorlijk aantal warmbloedrassen) hebben ineens veel meer energie en vooral eiwit nodig dan in de rest van het jaar (1,2). Wat natuurlijk ongunstig is, omdat juist in de herfst het gras duidelijk minder energie en eiwit bevat.
Kost haargroei naast energie nog meer?
Het grote voordeel van het energieverbruik door haargroei is dat paarden met overgewicht flink kunnen gaan afvallen. Let wel op dat dit niet te snel gaat! Maar alles bij elkaar is het laten groeien van wintervacht ideaal om je paard of pony weer mooi op gewicht te krijgen.
Om te voorkomen dat je paard wat betreft fitness en spieren achteruit gaat door eiwitgebrek, is het wel verstandig om wat extra eiwitten bij te voeren bijvoorbeeld in vorm van lucerne, esparcette of een andere bron van eiwitten zoals uit lijnzaad. Haar bestaat bijna geheel uit keratine, net als hoeven (3), en als een paard te weinig eiwit in zijn voer heeft terwijl hij wintervacht aanmaakt zal dat ten koste gaan van bijvoorbeeld hoefkwaliteit en -groei. Een 500 kilo paard maakt bijvoorbeeld elk jaar gemiddeld 3,4 kg wintervacht aan, naast de standaard behoeftes voor onderhoud en hoefgroei, wat dus meerdere kilo’s extra eiwitbehoefte in een periode van 1 tot 2 maand betekent (1,4).
Dit is een gemiddelde, een 400 kilo zware IJslander zal ook snel aan dit gewicht zitten gezien het feit dat de meeste IJslanders veel meer wintervacht aanmaken dan warmbloedrassen.
Koudetolerantie versus oververhitting
Naast het feit dat wintervacht aanmaken energie kost, zorgt het ook voor een veel betere koudetolerantie als de vacht eenmaal op volle dikte is aangemaakt. Dat kan zeker bij onze steeds warmere winters onhandig worden, omdat paarden met veel vacht dan erg snel zweten, zeker op warmere dagen, en oververhit raken. Een paard onder dek zetten om de vachtgroei af te remmen is dan een optie; dit helpt echter maar beperkt, aangezien naast temperatuur vooral daglicht de factor is die wintervacht laat groeien (1,2). Bovendien is het lastig om in te schatten hoe warm of koud een paard het heeft onder dek, terwijl een paard met wintervacht automatisch reguleren kan door de haren meer of minder rechtop te zetten, zodat er een isolerende luchtlaag tussen de haren ontstaat die erg goed isoleert en het lichaam warm houdt (1).
Scheren?
Een tussenvorm is een paard op plekken waar hij het snelst zweet iets te scheren, bijvoorbeeld de onderkant van de hals en op de flanken, eventueel nog een streep over de buik. Dit is ook een methode om een te dik paard nog wat verder te laten afvallen; door iets vacht weg te scheren verbruikt je paard net wat meer energie om warm te blijven. Het blijft wel goed opletten natuurlijk dat je niet zoveel weghaalt dat je paard het echt koud krijgt; koude oren, (resterende) vacht sterk opzetten en vooral rillen zijn tekens dat je paard het echt koud heeft. Dan zal er toch echt een deken aan te pas moeten komen. Maar uit eigen ervaring kan ik zeggen dat mijn IJslander met een flinke streep weggeschoren aan hals, borst en flanken (wel al in de herfst, zodat het iets kan bijgroeien voor het koudste deel van de winter) het absoluut niet koud had en gewoon zonder dek zelfs in een sneeuwstorm buiten stond! Ook is hij de hele winter niet één keer verkouden geweest. Dat geeft aan dat paarden een goede koudetolerantie hebben en veel paarden het ook best fijn lijken te vinden wat van hun vacht te kunnen missen. Ga dus niet te snel met dekens in de weer als je het weer zelf wat fris vindt, de meeste paarden vinden die frissere temperaturen juist erg fijn!
Conclusie:
Alles bij elkaar genomen kun je het aanmaken van de wintervacht mooi gebruiken om je paard wat af te laten vallen, indien nodig. Maar wel in combinatie met extra eiwitten en ook sporenelementen zoals zink en koper die van belang zijn voor een kwalitatief goede vacht. Zo zal je paard een mooie wintervacht ontwikkelen zonder achteruitgang van hoefkwaliteit en ook zijn spiermassa mooi kunnen behouden.
- https://thehorse.com/15694/horse-winter-coats-hair-today-gone-tomorrow/
- https://equusmagazine.com/horse-care/help-your-horse-grow-a-thick-winter-coat-8432
- https://en.wikipedia.org/wiki/Keratin
- https://beva.onlinelibrary.wiley.com/doi/full/10.1111/evj.12775